menu

Hier kun je zien welke berichten Leeds als persoonlijke mening of recensie heeft gemarkeerd.

Änglagård - Hybris (1992)

5,0
Änglagård - Hybris (1992)

Het muzikaal jaar 1992 had niet heel veel te bieden op progressief gebied. Grunge, metal, indie en hip-hop overspoelden zowat het hele muzikale gebeuren, los van het commerciële dan. Dream Theater en in mindere mate Queensrÿche waren wel aanwezig. Maar de overbrugging van de jaren 80 zorgden er wel voor dat het geluid maar weinig mee had van wat in die jaren 70 afspeelde. Op zich niet erg, maar het leek er op dat niemand zich nog wou meten met het unieke geluid van die gouden jaren. Of toch? Jazeker!!! Spijtig genoeg moeten we er wel voor dieper graven. En wie diep graaft vind wel af en toe eens iets. Zoals Hybris van de 6-koppige Zweedse band Änglagård. Tord Lindman en de zijnen hadden heel wat inspiratie gehaald uit die jaren 70. Met slechts 4 nummers waren ze erin geslaagd een symfonisch meesterwerk op poten te zetten die de weerspiegeling van die progressieve jaren volledig deden heropleven. Een plaat die wat mee had van King Crimson, Genesis en Gentle Giant. Echter slaagden ze er wel in om een eigen muzikale richting in te slaan. En met succes!!! De 4 nummers hebben een volledig eigen gezicht. Dat maakt deze plaat al zeker uniek. Een magisch album met een uitgebreid ritmisch klankenpakket. Kortom: vol variatie.

Op de helaas wat weinige berichten lees ik o.a. blauwdruk voor de Skandinavische prog en soort cultstatus. Heel tof te lezen maar iets wat bescheiden, niet? Op progarchives staat de plaat op 14 in het lijstje "beste prog allertijden". Met een score van 4.41 en meer dan 700 stemmen laat deze Hybris kleppers als Pawn Hearts (VdGG), Larks' Tongues In Aspic (King Crimson), Mirage (Camel), Meddle (Pink Floyd) en Aqualung (Jethro Tull) achter zich. Sputnik geeft een 5 en beschouwd dit als een meesterwerk, een classic.

En laten we eerlijk zijn. Over de gehele lijn is dit instrumenteel zeer sterk in één gezet. De composities zijn een streling voor het oor. Jördrok is daar een mooi voorbeeld van. En het weinige gezang stoort me totaal niet. Integendeel, het heeft wel iets.

Masterpiece

Aphrodite's Child - 666 (1972)

Alternatieve titel: The Apocalypse of John, 13/18

5,0
Vandaag de plaat es bovengehaald en wat blijft dit toch een magistraal, met momenten huiverend, spectakelstuk. Werkelijk geniaal in elkaar gestoken meesterwerk. Vangelis is hier zeer doordacht aan het werk geweest. Want deze Vangelis heeft hier de lakens volledig naar zich toegetrokken. Spijtig dat dit de nodige spanningen naar buiten bracht en zo Demis Roussos er uiteindelijk de brui aan gaf. Gelukkig is Roussos nog hoorbaar op o.a. The Four Horseman.

Lee Malone schreef:
Af en toe uitstekend (Four Horsemen, Babylon,...) maar meestal gaat deze cd me iets te ver in zijn streven naar het experimentele, ongewone geluidssamenhang, en dergelijke meer.

Voor mij zou deze cd dan ook een pak aangenamer te beluisteren zijn mochten er een tiental nummers geschrapt worden. Maar ach, daar hebben we de forwardfunctie dan weer voor zeker...


Ik ga hier zeker niet mee akkoord hoewel ik u wel begrijp. De zogenaamde extra's zijn verwijzingen naar de Apocalypse en bijbelse uitspraken. Eveneens komt het theaterstuk over Alexander de Grote en de Vervloekte Slang hierin voor. Verder is er de spiegeling over illusie en realiteit. Maar als je ook eens aandacht schenkt aan de kaft en deze es goed leest, dan verwacht je een avontuurlijke trip doorheen dit album.

ANYONE WHO HAS INTELLIGENCE
MAY INTERPRET THE NUMBER OF THE BEAST.
IT IS A MAN'S NUMBER.
THIS NUMBER IS
666

Bij deze onmiddelijk in mijn top 10 gestoken.

Dit is meesterlijke progressive rock van de allerbovenste plank.

Bon Iver - 22, A Million (2016)

5,0
Goed, ik ben er nu wel uit denk ik. Ik had heel veel verwacht van de nieuwe Bon Iver. Toen de tracklist bekend werd gemaakt vond ik het heel knullig overkomen. Nu kan ik het wel plaatsen, al blijft het wel raar. De eerste luisterbeurten waren tot m'n ergernis catastrofaal. Vooral de eerste helft van de plaat. Verdorie, wat had ik toch gedaan!!?? Ik had de speciale editie gekocht op vinyl. Tjah, wat nu... Volhouden, dat was mijn antwoord. ik wil niet weten hoeveel keer ik deze plaat had beluisterd, juist omdat ik 38 euro's had uitgegeven aan, zoals jullie Hollanders het zo mooi zeggen, de platenboer (ja, ik had op voorhand betaald!). Maar het kwartje viel dan toch. Voor de B kant was het min of meer al wel goed maar kant A was naar mijn gevoel belabberd. Kant A vind ik nu plots wel goed. Om de één of andere reden begrijp ik wat Vernon en co. ons brengen wil. Die mistige elektronische haperend gebliep doorheen de plaat verstoorde de hele pret. Maar nu vind ik het vanzelfsprekend, als normaal, alsof het een noodzaak was dat dit er bij moest geperst worden. Bizarre plaat waarvan ik me toch nog steeds voor in de haren krab. Maar ik neem vrede met 22, A Million gewoon omdat ik ervan hou, denk ik... Ik kan het moeilijk plaatsen allemaal. Wat voor mij als de grootste ontgoocheling van 2016 zou zijn blijkt nu één van de vreemdste te worden. Bon Iver had me goed liggen.

Hmmm, deed ik nu mijn best omwille van die 38 euro, of zat er meer achter... 1 ding weet ik wel. Kant B liet me niet los, 8 (Circle) liet me niet los. En hier sta ik dan, met mijn zoveelste voltreffer van 2016. En ik begrijp het nog steeds niet... echt niet...

Verder wat eigenlijk iedereen hier op deze pagina zet, het doet me soms plezier. Voor mensen die hier 0.5 aan geven of mensen die hier 5.0 aan geven. Hoe vreemd ook, ze hebben allemaal gelijk. Fantastisch gemiddelde ook. Een mooie weergave lijkt me zo met al de pro's en contra's.

Buckethead - Colma (1998)

5,0
Ik hou van Colma. Dit was de plaat die me liet kennismaken met een geniaal artiest. Dit was de plaat die me met verstomming achter liet. Buckethead gaat met Colma een eerder rustige weg op. Van alle albums die ik ken van Buckethead is deze zijn meest akoestische plaat. Geen metal, geen prog, geen hard rock, geen hip hop, geen avant-garde, geen experimenteel noch ambient gepiengel maar gewoon relaxerende muziek van hoogstaande makelij. Goed, er is toch een minimaal aan ambient aanwezig maar laat ons daar niet te veel aan struikelen. In tegenstelling tot een Electric Tears, die ook ingetogen is en waar geen drumpartijen opstaan, is Colma net heel ritmisch door de rustige drumpartijen (op 7 nummers) die dit album rijkelijk zijn. De plaat bied dan op het eerste gehoor weinig variatie. Het is pas na heel wat luisterbeurten dat de spreekwoordelijke frank valt. Nu, extreme variatie gaat u hier niet op terug vinden maar dit was ook niet de bedoeling toen Buckethead daarmee op de proppen kwam. De eerste 4 tracks zijn behoorlijk op elkaar ingesteld. Vooral Whitewash en For Mom zijn pareltjes. Het is pas bij het drumloze Big Sur Moon dat er een kleine opflakkering in stijl is. Volgende track Machete grijpt niet zo zeer terug naar de eerste 4 nummers omdat de elektrische gitaar prominenter aanwezig is. En bij het drumloze Wishing Well gaat het er helemaal rustig aan toe. Hier is de akoestische gitaar die de ritme zal bepalen. Pas bij Lone Sal Bug wordt terug gegrepen naar het concept van de 4 eerste nummer. Zelfde stijl en terug zeer ritmisch. Sanctum heeft dan weer dezelfde eigenschappen als Machete terwijl 3-luik Wondering, Watching the Boats with My Dad en Ghost/Part 2 dat met Wishing Well heeft. Het ene nummer al wat meer akoestisch dan het andere. Afsluiter Colma is het meest donkere, ingetogen nummer op deze plaat. Werkelijk een meesterlijke afsluiter!!!

Colma geldt als 1 van de meest belangrijkste albums in mijn leven. Meesterwerk!!!

Genesis - Selling England by the Pound (1973)

5,0
Selling England by the Pound, het Magnus Opus van Genesis. Niets, maar dan ook niets wat maar ook deze progressieve plaat kan evenaren. Neen, ook het verbluffende Lamb haalt het niet van deze hier. Het mythische, vaak klassieke geluid weerspiegeld het Engelse middeleeuws karakter. Een thema die prachtig werd geïllustreerd doorheen de volledige plaat. Tekstueel is alles mooi neergepend met humoristische raakvlakken en vaak sarcastisch gepor.

De 5 bandleden in hun absolute hoogdagen. Steve Hackett beheerst meer dan ooit het instumentale aspect met verbluffende solo's op Dancing with the Moonlit Knight en Firth of Fifth. Tony Banks verbaasd dan weer met z'n klassiek, haast frivole toets en niet te vergeten zijn acoustisch werk op The Cinema Show. Phil's drumwerk is zoals altijd van hoogstaande kwaliteit en z'n More Fool Me weet me absoluut te bekoren. Het basgeluid van Mike Rutherford is eveneens hoogstaand en Peter Gabriel is haast heilig.

Ik kan hier niets slechts over zeggen. Zou perfectie dan toch bestaan?

Kayo Dot - Hubardo (2013)

5,0
Ach, wat een geweldige plaat. Mijn eerste luisterbeurten bij The Black Stone deden me wel wat raar aanvoelen. Toch de eerste 6 minuten. Maar van dan af aan is het wel echt puur genieten eens de instrumentale bagage naar boven komt drijven. Crown-In-The-Muck is een waar spektakel. Lekker agressief, de beuk erin!!! Alle remmen los. Het jazzy-achtige Thief begint ook redelijk hard maar er bevatten meer rustigere passage doorheen het nummer. Maar bon, het is te zien wat je verstaat onder rustig. Vision Adjustment beukt er weer heel hard op in. Driver en co. maken het hier echt wel rommelig goed. De muzikale herrie is werkelijk adembenemend. Halfweg het nummer valt er een creatieve rust en dat blijft min of meer ongewijzigd. Zodelida is een meesterwerkje. Het drum werk vind ik hier op ijzersterk. Terug lekker rommelig. Zoveel energie, kracht en passie dat Kayo Dot in de nummers perst. Bij momenten werkelijk hallucinant. Met het volgend nummer "The First Matter" zitten we toch wat meer op een gezapiger tempo. De zelfde eigenschappen als voorgaande 4 nummers moet je hier niet verwachten. Het nummer zweeft doorheen de plaat. Meeslepend en intensief, zo ritmisch. The Second Operation is echt zo'n klassiek meeslepend nummer waar Kayo Dot toch zo gekend voor is. Rustig laag tempo in het breekbare gezang. Met Floodgate keren we terug naar wat het eerst deel van de plaat ons te bieden heeft. Stampende herrie. Je begint er haast bij de hyperventileren. Heerlijk toch. "And He Built Him a Boat" heeft zo'n epische opener. Het gezang hierop is heerlijk. Een heerlijk ritmisch verzorgd nummer en zeker 1 van de hoogtepunten op de plaat. Het klinkt werkelijk briljant. Passing the River was voor mij het gemakkelijkste nummer van heel de plaat. Ligt heel gemakkelijk in het oor. Net zoals "And He Built Him a Boat" een hoogtepunt. Ze zijn ook zeer gelijkaardig aan elkaar maar dat epische begin is hier op "Passing the River" niet te vinden. Voor het epische moeten we wachten tot aan het tweede gedeelte van het nummer. Post-Rock op het hoogste niveau!!! En eigenlijk mocht de plaat bij "Passing the River" stoppen. Toch zeker gezien de speelduur. Persoonlijk vind ik The Wait of the World niet passen op deze Hubardo. Vanaf de eerste paar noten acht ik me op een heel andere planeet. Het nummer zelf is heel sterk. Maar staat wat los van de rest. De intro doet me denken aan Hot Rats van Frank Zappa. Maar ik zal niet al te streng beoordelen. Het nummer weet zich toch nog recht te trekken en plots zijn we terug van weg geweest. Waarom de intro zo tegendraads is, is me raadsel.

Kayo Dot heeft me zeer aangenaam verrast met Hubardo. Toch zeker met de laatse 3 albums die ze hebben uitgebracht. Die waren me wat te min. Met Hubardo brengen ze de zaken weer op orde. 5 sterren voor dit meesterwerk.

Sigur Rós - Takk... (2005)

5,0
Sigur Rós - Takk...

De plaat Takk... stelt zich voor met het nummer Takk... . Een dankwoord, volledig sprakeloos. Hoe beter kan je een verhaal openen met een mystieke introductie. Vol verwachting moeten we wel overgaan naar de essentie van Takk... . Want die vinden we zeker terug op Glósóli. Rustig opbouwend met op het eind van dit nummer de hemelsluizen die helemaal open gaan. Een glimmende climax. Een eigenschap die zeker terugkomt. Het bekenste nummer is zonder twijfel Hoppípolla. Meeslepend en in z'n eenvoud zo gemakkelijk luisterbaar. Met Með Blóðnasir breien ze een vervolg. Een, zeg maar, soort van Hoppípolla deel 2. De kermisklanken op Sé Lest maken van deze plaat een meer gevarieërder gedeelte. Sæglópur is eveneens heel bekend. Een sprookje die voor halfweg al openbarst vol vernietigende materie. Voor mij ongetwijfeld het beste gedeelte van heel hun repertoire.

Mílanó start rustig. Opnieuw breekt het nummer door net voor halfweg. Een prachtig klankenpakket die zich opnieuw herhaalt halweg het tweede gedeelte van dit nummer. De plaat laat een ander gezicht tonen op het verbluffende Gong. Een zeer rytmisch en herhalende toon die op het einde opnieuw openspat. Een wat moeilijker te beluisteren nummer is Andvari. Doorheen het nummer hoor je nog steeds de karakteristieke vorm van Takk... . Deze keer sterft het nummer geleidelijk aan uit en een climax is hierop spoorloos. Halfweg Svo Hljótt wakkert de vlam weer aan om dan uiteindelijk brandend Heysátan te begroeten. Het verhaal komt op een eind. Een dik uur doorheen een landschap vol emotie, rust en uitbarstingen. Het is genoeg geweest. Hier sterft Takk... uit.

Perfectie bestaat niet, maar dit is haast perfect te noemen. Een zucht verwijdert van het ideaal.