Het debuut van The White Stripes ben ik ooit met terugwerkende kracht gaan beluisteren. White Blood Cells was mijn eerste kennismaking, vandaar.
Al bij opener
Jimmy the Exploder kan ik niet stil blijven zitten. Lekker rauw, lekker Led Zep en gewoon onweerstaanbaar. Dat mijn boxen nog niet geexplodeerd zijn komt omdat ik toch wel rekening wil houden met mijn buren

Het is mijn favoriete nummer van dit debuut.
Erg cool, rauw, rock en tegelijkertijd o zo funky vind ik
Stop Breaking Down. Damn dit klinkt smerig maar tegelijkertijd swingt het alle kanten op en is het ongelooflijk goed aan te horen. Niks moeilijkdoenerij of elitair maar uiterst origineel (terwijl het dat in wezen ook niet echt is).
The Big Three Killed My Baby borduurt gewoon voort op de voorgangers en eigenlijk doen ze dat al heel wat albums lang. Dan is het toch knap te noemen dat het nooit gaat vervelen nietwaar. Althans: ik vind het nooit vervelen. Uitermate geschikt om lekker luchtgitaar op te spelen of je lijf in allerlei bochten te kronkelen om vooral maar mee te doen met de Stripes.
Suzy Lee krijgt een bluesy country tintje mee. Niet te veel waardoor het erg goed blijft passen bij de rest. Ondanks dat het qua instrumenten niet erg anders is dan de rest hoor je toch een compleet ander nummer en dat vind ik dus het knappe aan deze band en dat is ongetwijfeld ook de reden van hun grote succes.
Sugar Never Tasted So Good is wat akoestischer. Heel effectvol en uiterst meezingbaar.
Wasting My Time klinkt wat spannender en Jack White jankt er weer lekker op los. Het doet me heel erg denken aan de soundtracks behorende bij Tarantino-films. Hij zou het zo kunnen gebruiken.
Alle nummers op dit album zijn lekker kort en bondig en dat verleent ze hun kracht, zo ook
Cannon. Geen tijd voor geleuter maar gewoon rocken. Heel puur allemaal.
Astro hakt en zaagt. Ruw en ongepolijst en toch een diamantje. Doe dat maar eens na!
En na al dat hakken en zagen kun je
Broken Bricks als resultaat hebben. Maar dit nummer hakt zo mogelijk nog harder en is nog rauwer. Shake your ass and dance baby! Goudeerlijk en zonder opsmuk bewegen we nog geen 2 minuten in de rondte. En die bel? Tijd voor een rondje van de zaak misschien?
Neuh, want we gaan snel door met
When I Hear My Name. Oh fuck: mijn naam? Moet ik dat rondje gaan betalen dan? Even zonder gekheid: ook dit nummer weet de juiste rauwe snaar te raken.
Op
Do nemen ze wat gas terug. Ondanks dit feit blijft het allemaal zijn ruige karakter behouden. Een ietwat onopvallend nummer in mijn oren, maar zeker niet verkeerd.
Een paar berichten hierboven hebben ze het al over het feit dat
Screwdriver een geestige riff heeft. Of geestig de beste kwalificatie is weet ik niet, want geestig staat bij mij een beetje voor gek en ik vind dit niet gek. Ja TE gek misschien. Hoe dan ook wel een van de beste nummers op dit album.
One More Cup of Coffee (Valley Below) is weer wat rustiger en valt bij mij weer in die eerder genoemde Tarantino-categorie. Heerlijk bezwerend nummer wat erg sexy klinkt (in vreemd contrast met de titel uiteraard). Maar ik vind dit gewoon een heel geil nummer en ook dit beschouw ik als een persoonlijke favoriet. Yummmmmm.
Tsjak-boem-boem gaat ie weer voort op
Little People maar dan net nog even spannender. Wat dat aan gaat is dit zeker geen plaat die aan het einde inkakt; het lijkt alleen maar beter te worden en dat terwijl we al bij nummer 14 zitten.
Slicker Drips is lekker jagend en weet je adrenaline-gehalte goed omhoog te krijgen. We zijn boos, heel boos, maar dan wel met een vette knipoog.
Het pianootje op
St. James Infirmary maakt het nummer gelijk opvallend en o mijn God wat klinkt dit weer super. Ik blijf telkens versteld staan dat dit album zo op niveau weet te blijven en dat met zoveel nummers.
Aan het einde vechten we nog even met piranhas op
I Fought Piranhas en ik kan daarna de conclusie trekken geen spijt te hebben van het teruggaan in de discografie van dit waanzinnige duo.