Met: Miles Davis (trompet); Britt Woodman (trombone); Teddy Charles (vibrafoon); Charles Mingus (bas); Elvin Jones (drums)
Tussendoortje van Miles Davis voor Debut, het label van Charles Mingus. Deze twee iconen van de moderne jazz waren al bevriend sinds eerstgenoemde rond 1947 naar MIngus´ geboorteplaats Los Angeles reisde, in het kielzog van hun beider mentor Charlie Parker.
Gezamenlijke studio-opnames zijn echter schaars, en hier treffen we beiden ook nog op de vooravond van hun grote doorbraken. Als dan ook nog Elvin Jones meedoet, later de hipste jazzdrummer van de jaren zestig, spitst de liefhebber vol verwachting zijn oren.
Er zijn helaas redenen waarom het resulterende album niet geldt als een klassieker. Niet voor niets worden op de
site van ene Paul Losin (die redelijk obsessief alle informatie over de studiosessies van Miles Davis verzamelt) de arrangementen omschreven als ‘ponderous’, ofwel zwaarmoedig. Ook Davis zelf heeft in zijn autobiografie geen goed woord over voor deze sessie: ‘The playing didn’t have any fire,’ geeft hij toe.
Meer nog dan zwaarmoedig klinkt het soms ronduit plomp: Mingus en Teddy Charles, de arrangeurs en eigenlijk de meest dominante musici hier aanwezig, lijken hun noten met iets te veel nadruk in de oren van de luisteraar te willen hameren. Misschien daarom kan het spel van Davis en Britt Woodman (later ook in de band van Duke Ellington) op de meeste momenten niet ontstijgen aan het algemene gevoel van stroperigheid. Elvin Jones, ten slotte, laat soms subtiel zijn talent horen, maar is hier \niet het polyritmische wereldwonder van zijn latere werk.
De opnamekwaliteit is ook niet geweldig te noemen, waarmee een (voor die tijd al) erg kort album overblijft, dat op een luie avond, op zich, aangenaam voorbij glijdt, maar helaas een beetje te statisch is om me echt te boeien.