In zijn bio Iron Man vertelt Tony Iommi over de aanloop naar
Cross Purposes: hoe Dio de groep verliet en voor twee shows werd vervangen door Rob Halford, met nog steeds Vinny Appice op de drumkruk die wél de tour met de groep afmaakte. Maar vooral gaat het over hoe Iommi werd gearresteerd in Californië omdat hij geen kinderalimentatie zou hebben betaald, in een bedreigende situatie in een cel zat, op borgtocht vrijkwam en zes weken in Florida wachtte tot hij zijn paspoort terug kreeg.
Eenmaal thuis in Engeland gaat het echter voorspoedig. Bobby Rondinelli belt omdat hij weet dat Appice weg is:
"Kan ik komen?" Zijn stijl en persoon blijken goed aan te sluiten. En natuurlijk wordt zanger Tony Martin terug gevraagd, ook al heeft Iommi kritiek op diens podiumpresentatie:
"He was very amateurish as far as that [his performance] was concerned. Overnight he went from working only local little venues in Birmingham to big stages everywhere."
Producer wordt Leif Mases, omdat de samenwerking met hem bij het nummer
Time Machine op de soundtrack van Wayne's World goed was bevallen. In mijn oren deed hij een prima klus op
Cross Purposes. Daarbij zit in Iommi's riffs soms iets dat verwijst naar de jaren '70. Ik zal ze dadelijk aantippen.
Martin zingt wederom sterk, nooit echter word ik geraakt door zijn stem - kwestie van smaak. Maar altijd staan er op een album van Sabbath wel weer riffs en solo's van Iommi die me pakken.
Mijn hoogtepunten zijn allereerst de opener, het uptempo
I Witness met sterke riffs, swingende baslijnen en vlak voor het slot even vertragen met zo'n lekkere doomriff.
In
Cross of Thorns is de gitaarsolo is mjammie, zij het te kort.
Virtual Death heeft de klassieke doomriff, inclusief basintro en bovendien lekker gedrumd - alleen geen gitaarsolo?!
Immaculate Deception begint eveneens slepend maar kent ook snelle delen én een solo, zij het niet zo spannend.
Dying for Love is warm-sferisch als Iommi's pseudo-soloplaat
Seventh Star (1986). Plus details in de introsolo waar ik met de typische timing wél van opveer; het nummer wordt gaandeweg zwaarder maar duurt me te lang.
De swingende riff van
Back to Eden heeft weg van
All Moving Parts (Stand Still) van
Technical Ecstacy (1976). Een los jaren '70-gevoel, met de zang van Martin en de productie in 1994-jasje en Iommi's twee solo's duren me veuls te kort.
Cardinal Sin gaat over een priester die zijn kind 21 jaar verborg.
"That would be a very topical song now," meldt Iommi droogjes op, verwijzend naar de verhalen die nadien volgden. Weer een trage riff, maar deze pakt minder en de versnelling komt te laat.
Evil Eye is het nummer waarop Eddie Van Halen kwam meespelen. Als Iommi hem van het hotel ophaalt, wordt op verzoek van Eddie onderweg een kratje bier gescoord. De Amerikaan raakt dronken maar
"he played a great solo over it. Unfortunately we didn't record it properly on our little tape player so I never got a chance to hear it!" Is het iemand opgevallen dat de riff wegheeft van die van
Sabbath Bloody Sabbath (1973)? Pas op 3'58" viel het me op met die dubbele gitaarlijn.
Bonus
What's the Use is lekker uptempo met knallende gitaarsolo, Iommi in geïnspireerde topvorm.
Label I.R.S. deed deze keer wél zijn best voor de promotie en mede daarom viel de verkoop mee:
"Even though Cross Purposes wasn't a huge seller, it did all right".
Na een Europese tour volgt Zuid-Amerika met zowaar oudgediende Bill Ward terug op de drumkruk. Jammer alleen dat deze niet de muziek uit de periode Martin onder de knie krijgt. Tijdens de tour wordt snel duidelijk dat ze het beter bij Wards vertrouwde materiaal kunnen laten; zie de
setlist van hun laatste optreden daar. Martin past zich goedmoedig aan en de andere Tony laat in zijn bio noteren:
"Fair dues to Tony, he sang those old songs great."