Het tweede album van The Fall in 1979. Het verscheen in oktober dat jaar, zeven maanden na debuut
Live at the Witch Trials. Gitarist Mark Riley is met frontman Mark E. Stewart het enig overgebleven bandlid: het ging meteen snel qua bezettingswijzigingen.
Ik schiet in de lach bij de eerste geluiden van opener
Psykick Dance Hall, als Stewart in vriendelijk, zangerig Engels vraagt:
"Is there anybody theeeeere?", door diverse kelen met een enthousiast
"Yeaaaah!" beantwoord. Het nummer klinkt demoachtig, lo-fi en wisselt langzame delen af met snellere. In de overgangen valt op dat nieuwe drummer Mike Leigh keer op keer een houterige break neerzet. Het zit 'm bij deze rauwe postpunk niet in het verfijnde muzikantschap, maar in de spontane uitvoeringen. Maatje JeKo wordt hier vast heel vrolijk van, ik haak echter regelmatig af. Zoals bij tweede nummer
A Figure Walks, dat zes minuten als protobluespunk voortdendert.
Printhead is lekker uptempo en Leigh mept hier wél raak. In
Dice Man meer punkblues, waarbij Stewart met zijn kenmerkende stem over het ta-ta-ta-tatata-ritme á la bluesreus Bo Diddley galmt.
Before the Moon Falls beschrijft beklemmend de sfeer in Noord-Engeland,
Op de tweede helft akoestische blues met slidegitaar in
Flat of Angles, waarmee The Fall weer heerlijk eigenwijs doet waar het zin in heeft.
Spectre vs Rector is een moeilijk toegankelijk buitenbeentje in de stijl van Pere Ubu, waarna het vrolijke
Put Away opvallend vrolijk met postbluesrock de plaat eindigt.
In 2004 verscheen via Castle een
uitgebreide editie die op dezelfde wijze voortgaat, verrassenderwijs niet onderdoend voor het reguliere album. De diverse takes van
Rowche Rumble bijvoorbeeld zijn plezant: niks instrument na instrument, je hoort hoe The Fall de nummers live in de studio opnam.
Garagerock, postpunk, lofi, bluespunk of toch punkblues; enkele van de labels die je erop zou kunnen plakken. Heerlijk eigenwijs, niet per se pakkend.
Voor de Britse hitlijst was dit nog niet geschikt, vanaf 1984 begon de groep voorzichtig daaraan te ruiken; de albumlijst zou pas in 1988 worden gehaald. Toch een interessante plaat, mede doordat spontaniteit hier zo belangrijk is. Wie dat heel belangrijk vindt, zal hiervan kunnen genieten.
Mijn reis door new wave van 1979 kwam van
The Selecter en
On My Radio en vervolgt bij het debuut van het Nieuw-Zeelandse (waarom zeggen we trouwens niet 'Nieuw-Zeeuwse'?)
Mi-Sex.