Ik beluisterde dit album voor het RYM top-250 review topic – anno augustus 2022 was dit RYM #193
Pixies is zo’n groep die me in esthetiek en attitude altijd erg aanstaat, waar ik graag losse tracks van luister. Ik beeld me daarom herhaaldelijk in dat hun albums me erg liggen. Ik denk dan: omdat ik een hele reeks Sonic Youth-platen in de kast heb staan, kan ik voor Pixies, dat vergelijkbare kwaliteiten heeft, ook wel vast een rijtje vrijhouden. Maar ondanks die duidelijk omlijnde aantrekking verloor ik voorheen vroeg of laat toch mijn interesse gedurende de verder toch niet bijster lange albums. Zodoende heb ik deze plaat in 2007 op 3 sterren getrakteerd, en er na enkele pogingen in de daarop volgende jaren niet echt meer naar omgekeken. Toch heeft de plaat een vreemde aantrekkingskracht: want ook ter ere van de RYM-lijst had ik er weer echt zin in. De titel,
Surfer Rosa, is alleen al prachtig, en ook de hoes intrigeert. Echt zo’n plaat die ik graag goed zou vinden. Maar ook anno 2023 is dat nog maar deels het geval.
De plaat duurt 33 minuten, waarvan er geen enkele vervelend is. En toch heb ik na afloop het gevoel dat ik een uur heb zitten luisteren en weet ik niet meer precies waarnaar. ‘Broken Face’ duurt 1:30. En toch denk ik op tweederde van het nummer ‘nu weet ik het wel weer’. De rammelende gitaarsound ligt me wel, maar zowel de zang als de composities brengen me niet echt in beweging. De sound en productie zijn behoorlijk rauw en dynamisch en toch sleept de muziek nogal aan. Ook ‘Gigantic’ voelt als een te lang nummer en had voor mijn gevoel stukken puntiger gemogen. Die verder consistente atmosfeer wordt slechts eenmalig doorbroken, en dat is voor succesnummer ‘Where Is My Mind’ – een track die met zijn gepolijste sound en veel traditionelere opbouw nadrukkelijk breekt met de rest van de plaat. In playlists of op de radio onderscheidt dit zich makkelijk van het gros van de soortgelijke muziek en leef ik op, tussen de roestigere rest van
Surfer Rosa landt het niet echt.
Ik zie dat dit gezelschap zijn oorsprong in Boston heeft en vind dat eigenlijk wel passend: het is een soort verantwoorde, voorname, haast streberige of overdachte punk, geheel in lijn met de atmosfeer die die stad in mijn ervaring domineert. Het rammelt, maar het rammelen lijkt minutieus gepland te zijn: rock ’n roll zoals het
heurt. Het voelt hierdoor alsof de eigenschappen van de plaat – die mij los bezien allen precies liggen – elkaar doorlopend uitmiddelen. En daarmee is dit meer een verantwoorde dan een echt goede plaat voor mij. Ik kan eigenlijk voor al
Surfer Rosa’s elementen waardering opbrengen, zolang ik hem niet te vaak hoef te luisteren.
3.25*