menu

Miles Davis - Kind of Blue (1959)

mijn stem
4,38 (1256)
1256 stemmen

Verenigde Staten
Jazz
Label: Columbia

  1. So What (9:25)
  2. Freddie Freeloader (9:49)
  3. Blue in Green (5:37)
  4. All Blues (11:35)
  5. Flamenco Sketches (9:25)
  6. Flamenco Sketches [Alternate Take] * (9:32)
  7. On Green Dolphin Street * (9:48)
toon 2 bonustracks
totale tijdsduur: 45:51 (1:05:11)
zoeken in:
avatar van HammerHead
4,0
Zo vandaag maar eens mijn eerste jazz-plaat gekocht, het moest er toch een keer van komen.

Hup in m'n CD-speler en gelijk een feest van herkenning: "Oh, staat dat nummer hier op!"

Voor de rest een behoorlijk geniale plaat of zoals op de achterkant van het doosje staat: "Must have been made in heaven. Don't we all enjoy a taste of heaven now and then?"

Ook voor het eerst sinds jaren dat ik van een complete jazz-plaat kan genieten zonder op een gegeven moment geïrriteerd te raken. Ik heb dan ook al bijna 10 jaar geen jazz-album meer aangeraakt en er is in die tijd kennelijk veel veranderd qua muziekbeleving.

avatar van unaej
3,5
‘Kind of Blue’, het is een plaatje waar we als prille jazz-liefhebbers allemaal wel onze intieme verhouding mee gehad hebben. Het integere klankenpalet van Evans en Miles openbaart zich als muziek die vanuit het hart komt, terwijl Adderley en Coltrane meer pit in hun solo’s leggen. En met Chambers en Cobb hebben we ons meteen een voorstelling gemaakt van wat een jazzy continuo eigenlijk moet voorstellen.

Maar wat hebben (zelfverklaarde) doorwinterde jazz-fans nog aan de plaat waarmee het ten dele allemaal begonnen is? Chambers en Cobb durven al snel gaan vervelen, en van Adderley, Coltrane en Evans is er beter werk te verkrijgen dan hun milde bijdrages hier. We moeten het dus stellen met de grote Miles Davis, die inderdaad een absoluut hoogtepunt bereikt; in die zin dat zijn geheel eigen, breekbare timbre hier als nooit tevoren volledig tot wasdom komt. Zijn subtiele solo’s zijn op een bepaalde manier ontzettend plechtstatig, bijna noodlottig zelfs. En het zachte diminuendo waarin ‘Kind of Blue’ zich langzaam naar het magistrale ‘Flamenco Sketches’ sleept, sluit perfect aan bij deze ode aan de tederheid van de ‘blue notes’.

Op ‘Kind of Blue’ werd een nieuw soort jazz uitgevonden (of toegepast, die discussie wil ik niet meer voeren), zonder het substantiële gevoel dat zo eigen is aan ‘jazz’ te verloochenen. Daarom alleen al kan de tand des tijds dit meesterwerk nooit inhalen: ergens zijn Miles en zijn intieme kring nog steeds actueel, gelijk in wat voor jazz-context we tegenwoordig ook floreren. En om diezelfde reden blijft zelfs de melomaan die zoekt naar extreme vernieuwing met een merkwaardig soort respect spreken over deze mijlpaal – want iedereen is er wellicht een beetje schatplichtig aan...

avatar van Devoo
5,0
Ik weet het nog goed, het was op een zondagavond, en ik had echt geen flauw benul welke muziek ik eens zou beluisteren. Ik had zin in iets nieuws, iets wat ik nog nooit geprobeert had, iets waar ik totaal onbekend mee was. Ik wou eens geen Metal of Rock horen. Ik kende ook al genoeg Hip-Hop, en ik was ook al bekend met bepaalde sterke Folk platen. Ook in bepaalde genres uit de electronische muziek had ik me al verdiept. Ik had dus echt geen enkel benul welke muziek ik moest gaan opleggen. Plots kreeg ik het gekke idee om mij in Jazz te verdiepen. En ik ben mezelf nog steeds dankbaar dat ik dat gekke idee heb gevolgd, want mijn reis door de wereld van de Jazz is echt de mooiste muzikale reis die ik gemaakt heb (en nu nog aan het maken ben).

Het is allemaal begonnen met dit album hier. Omdat hij hier op nummer 1 stond in de Jazz-toplijst, ben ik me gaan storten op deze plaat. Dat kon niet verkeerd gaan dacht ik. En inderdaad, het ging niet verkeerd. Het eerste nummertje begint met een basslijntje, en daarna valt het thema van het nummer in. Wanneer de eerste saxofoon solo's te horen waren, was ik verkocht. Dat ik me nog nooit eerder verdiept had in Jazz! De relaxte sfeer die dit plaatje uitstraalt is echt geweldig om na een zware dag helemaal tot rust te komen en weg te dromen.

De muzikanten beheersen hun instrumenten zo goed, het is echt wonderbaarlijk! Eerst gaf ik dit plaatje een 4, wat natuurlijk veel te weinig is voor zo'n klassebak. En nu staat het op een 5, wat dit album absoluut verdient! Dit is gewoon een plaat die je kan blijven luisteren, en steeds jezelf weer verbazen door de schoonheid van de muziek. Als het nu gaat over de saxofoonpartijen, de piano-stukjes, de passende drums, of de speelse basslijnen, alles aan deze plaat klopt! Het is dan ook zeer terecht dat dit gezien wordt als één van de beste Jazz-platen ooit! Respect!

avatar van thelion
5,0
Er zijn zo van die Albums die algemeen gezien worden als grensverlegend binnen de moderne muziek. Dit was een van de eerste.

Miles Davis groeide op in St Louis waar hij op jongeleeftijd van zijn oom een trompet kreeg. In zijn auto-biografie zegt hij "Het mooiste moment in mijn leven (met kleren aan) was in 1944 in St. Louis toen ik Diz en Bird voor het eerst samen hoorde spelen."
Hij verhuisde naar New York om een opleiding tot klassiek trompetist tevolgen, maar in de praktijk kwam daar niet veel van terecht. Hij was het meerendeel van de tijd te vinden in de Jazz-clubs op 52nd street waar hij de muziekale bezigheden van Bepopgrondleggers Dizzy Gillespie en Charlie Parker op de voet volgde.
Zelf toetert hij er ook al aardig op los en vanaf 1948 leidt hij zijn eiegen groepen, zijn samenwerking met Gil Evans resulteerd in Birth of the Cool. Daarna begint hij een kwintet met oa John Coltrane. Davis voelde zich niet helemaal op zijn gemak met de complexe taal van de bebob, de hoge snelle tonen in zijn spel maakten steeds vaker plaats voor meer melodie, dit was de opmaak naar Kind of Blue toe.

Toen het Album in 1959 werd opgenomen was dat "klusje" in 9 uur geklaard, zeer opmerkelijk want de band had de nummers nog nooit eerder gespeeld.
De 5 Jazz iconen Evans, Coltrane, Adderley, Chambers en Cobb haalden tijdens die 2 sessies onder leiding van Davis het beste van hun kunnen tot dan toe uit zichzelf.
Alle nummers zijn in 1 take opgenomen behalve Flamenco Sketches daar hadden ze er 2 voor nodig.

5 nummers die een heel erg melodieus en harmonisch geheel vormen en Jazz een nieuw gezicht gaven.
Van af het openings nummer So What laveert het album door een scala van stijlen. Wonderschoon pianospel onder de droevige klanken van Davis trompet in Blue in Green de rustige Latin invloeden op Flamenco Sketches en het harmonisch hypnotiseerende ruim 11.30 min. duurende All Blues.

Een mijlpaal in de muziek geschiedenis waar velen hun inspiratie uit hebben geput.

5* is wel het minste dat eik hiervoor kan geven.

avatar van deric raven
4,5
Op een regenachtige avond laat nog de hond uit laten.
Jezelf beschermend met hoed en das.
Lopend door verlaten winkelstraten.
Knipperend neonlicht wat dreigt te doven.
Stiekem gluren naar lingerie reclames van Marlies Dekkers.
Hangend in bushaltes.
Dure Van Bommel schoenen schuiven door diepe plassen.
Verwijderen van hondenpoep.

Ergens op de hoek.
Schuilend in een portier.
Een zwerver die zich te buiten gaat op saxofoon.
Heroïne stroomt door zijn aderen.
Beter spelend dan ooit tevoren.
Voetstappen die niet verder gaan.
Alsof de etalageziekte je verstijfd.
Klanken die je tot stoppen dwingen.

Vanuit de schaduw een ogenblik van herkenning.
Ook jij had daar kunnen staan.
Niet vanwege het talent van muzikaliteit.
Wel de aantrekkingskracht van de straat.
Kwaliteiten van een rioolbedelaar.
Op het juiste moment een andere keuze gemaakt.
Herinneringen aan een vorig leven.
Verstoord door een opengaand slaapkamerraam.
Of die herrie niet zachter kan.

Eenmaal thuis een fles whisky openen.
Weerkaatsing van het spiegelbeeld in het natte glas.
Samen met deze metgezel de nacht inluiden.
Daarachter die blik op het verlaten kruispunt.
Alleen de stoplichten zorgen voor variatie.
Rood, groen, rood.
Verdoofd en verzadigd.
Eerste druppels alcohol in tien jaar tijd.

Kind Of Blue is het onvoorspelbare weekend.
De eenzaamheid van de zelfkant.
Verwoord in jazz.

avatar van Vinokourov
4,0
Enfin, het bekendste en door velen als beste jazzalbum gezien dus. Het was tijdens het nummer All Blues dat ik begon te glimlachen en dacht 'wat superstoergaaf ' Alle nummers komen over alsof het enorm doordacht en geniaal in elkaar gezet is. Des te knapper vind ik dat Kind of Blue min of meer bij elkaar geïmproviseerd is en geen ellenlange opnamesessies heeft gehad. Rond een heel fragmentarisch riedeltje wordt er op los gevarieerd door een sextet. Daarbij wordt er telkens ruimte geboden aan een instrument om even de aandacht tot zich toe te trekken en met dat riedeltje aan de haal te gaan.

Anyway, ik kan hier wel van genieten. De sfeer is relaxed, er wordt niet te moeilijk gedaan (zoals ik jazz soms vindt overkomen) en het klinkt bovendien best briljant . Ik vind het daarbij een plaat waarbij je gewoon puur enkel en alleen naar kunt luisteren zonder iets anders te doen en toch niet verveeld raakt. Je weet niet wat er muzikaal gebeurt en daarom blijf je maar geboeid luisteren.

avatar van Ronald5150
5,0
"Kind of Blue" is de eerste jazzplaat die ik ooit luisterde. Ik denk dat dit voor velen geldt. Ik ben geen grote jazzkenner of uitgesproken liefhebber. Ik ben meer een bluesman, maar ik kan de invloeden van de jazz en de fusion van jazz en blues heel erg waarderen. Vandaar dat ik Jazz altijd interessant en intrigerend heb gevonden, en nog steeds vind. "Kind of Blue" is van een prachtige serene schoonheid. Men zegt dat de stukken middels improvisatie tot stand zijn gekomen, maar toch hoor ik een overkoepelende thematiek door de nummers heen. Het is repeterend thema dat ik in elke nummer terug hoor komen, net even iets anders, maar overduidelijk op elkaar aanvullend. Je zou de nummers ook als een muziekstuk kunnen beschouwen. Naast het fantastische trompetgeluid van Miles zelf, zijn ook de saxofoons een lust voor het oor. Mooie interactie tussen de alt- en tenorsax, al heb ik soms wat moeite om ze echt uit elkaar te halen. In mijn beleving is de tenorsax de lagere in toon, maar ik heb het idee dat die vlieger op "Kind of Blue" niet opgaat. Misschien juist daarom wel zo knap? Het pianowerk is net zo mooi als het trompetgeschal van Miles, en ook even belangrijk voor het totaalgeluid. De bas en drums zijn niet revolutionair, maar het is een prachtig fundament dat essentieel is voor het gevoel wat ik beleef aan "Kind of Blue". En met gevoel raak je de snaar van "Kind of Blue". Dit album moet je niet luisteren, maar beleven, ervaren en voelen. Ik kom altijd heerlijk tot rust als ik "Kind of Blue" opzet. Heerlijk om jezelf te verliezen in deze kalmerende, serene muzikale tripjes.

avatar van HugovdBos
5,0
Het is onmogelijk om deze jazzgigant te ontwijken op een muzikale ontdekkingstocht door de jaren 50 heen, zijn muziek zou nog decennialang van invloed zijn op de muziekwereld. Miles Dewey Davis III groeide op in Illinois en kwam al op jonge leeftijd in de plaatselijke kerk in aanraking met muziek. De gospel van die tijd speelde een belangrijke rol in de opvoeding van veel van zijn generatiegenoten. Op zijn 13e kreeg hij van zijn vader een trompet en leerde hij het instrument onder de knie te krijgen bij de lokale muzikant Elwood Buchanan. Gedurende zijn jeugd speelde hij in diverse lokale bands, voordat hij op uitnodiging van Charlie Parker en Dizzy Gillespie als derde trompetspeler in hun groep mocht meespelen. Na zijn middelbare schooltijd volgde hij een muziekstudie, maar deze brak hij voortijdig af om deel te nemen aan nachtelijke jamsessies in New York. Hij ontwikkelde zich snel en werkte na een aanvaring met Charlie Parker voornamelijk als freelance artiest. Eind jaren 40 kwam zijn enerverende werk Birth of the Cool tot stand, maar het duurde nog tot 1956 voordat dit werk op plaat zou verschijnen. Hij bracht een tijd door in Frankrijk, maar keerde uiteindelijk terug in New York, waar depressies en zijn drugsverslaving een moeilijke en uiteindelijke ook bepalende rol zouden spelen in zijn leven. Hij bleef zich gedurende al die jaren ontwikkelen als trompetspeler en componist. Muzikanten als John Coltrane en Julian “Cannonball” Adderley maakte in de tweede helft van de jaren 50 deel uit van zijn verschillende bandsamenstellingen. Succesvolle platen als ‘Round About Midnight en Porgy and Bess verschenen rond die tijd.

Het werk aan zijn magnum opus, Kind of Blue kwam tot stand met zijn sextet in maart en april 1959. Hij baseerde het album compleet op modaliteit. Voor het album selecteerde Davis een aantal van de best aangeschreven muzikanten uit de jazz, alto saxofonist Cannonball Adderley, tenor saxofonist John Coltrane, pianist Bill Evans, bassist Paul Chambers en drummer Jimmy Cobb. Voor het album schetste Miles enkele melodielijnen, waar de muzikanten hun eigen invulling aan konden geven. Deze improviserende stijl van de modal jazz deed het beste in elke muzikant naar boven komen. De composities zijn uitmuntend, verbonden door een fascinerende akkoordenwisseling, waar niet alleen de jazz wereld nog jaren profijt van had, maar zeker ook de rock van latere tijden. De klassieker So What bouwt zich op vanaf Bill Evan’s, om de kwaliteiten van elk bandlid in een kleurrijk geheel neer te leggen. De volumewisselingen slepen de innovaties van Davis’ trompetspel naar een hoger niveau. Warm en subtiel zijn ook de klanken van All Blues, de melodieuze variatie is van hoog niveau, net als de solo’s van saxofonisten John Coltrane en Cannonball Adderley. Hoe toegankelijk de muziek ook klinkt, de complexiteit ligt in het innoverende, de improvisaties die elke muzikant toevoegt aan het geheel. En juist het geheel van deze muzikanten, op het perfecte moment bijeen gebracht en op hun hoogtepunt van kunnen, maakt waarom Kind of Blue als het ultieme meesterwerk van de jaren 50 en één van de topstukken uit de jazz mag worden beschouwd. Het zou het beginpunt vormen van de definitieve verandering van de jazz, waar de improvisaties en verandering in akkoorden een steeds belangrijker onderdeel begonnen te vormen van het totale geluid.

5*

Afkomstig van Platendraaier.

avatar van aERodynamIC
5,0
Officieus het beste jazz-album ooit. Uiteraard moet iedereen dat maar lekker voor zichzelf uitmaken, maar als een album zo'n stempel op zich gedrukt krijgt trekt het de aandacht. In dit geval ook van niet-jazzliefhebbers.

Voor mij jaren geleden misschien ook wel de beste instap ooit geweest. Kind of Blue bleek de poort naar heel veel moois op het gebied van jazz.

Waarom toch dit album? Wat is dat toch? De redelijk grote toegankelijkheid? De tijdloosheid? Of toch gewoon de simpele pracht. Mysterieus, maar geen sprookje. Rustgevend, maar geen liftmuzak. Ingenieus, maar toch niet al te ingewikkeld. Ieder zal zo zijn eigen stukje kunnen vinden of ervaren bij het luisteren naar Kind of Blue, waar behalve Miles Davis ook de andere muzikanten een grote rol spelen, muzikanten wiens muziek ik na dit album ook beter heb leren kennen en waarvan enkele zelfs tot grote favorieten zijn uitgegroeid.

Het is heel moeilijk om een album dat uitgegroeid is tot mijn grote favorieten aller tijden (5*) te bewieroken. Verder komen dan wat clichés zal ik toch niet komen. Hoeft ook niet. Horen is geloven.

Kind of Blue mag ik graag heel vaak horen. Ja, het komt in de avond of nachtelijke uurtjes het best tot z'n recht. Een luie zondagmorgen met een bak koffie in de hand doet ook wonderen. Maar eigenlijk maakt het me allemaal niet uit. Als je op een avond als deze gewoon voor de zoveelste keer in vervoering kan raken van muziek dan is het gewoon goed. En goed is dit album: het stijgt boven alles uit wanneer je er intens in opgaat. Prachtig!

avatar van Sandokan-veld
4,5
Met: Miles Davis (trompet); John Coltrane (tenorsax); Julian ‘Cannonball’ Adderley (altsax); Bill Evans (piano); Paul Chambers (bas) Jimmy Cobb (drums); Wynton Kelly (piano op 'Freddie Freeloader')

Wat schrijf je over een plaat die zo iconisch is, dat hij het genre bijna definieert? Die voor velen de eerste jazzplaat is die ze ooit luisterden? Dat laatste geldt trouwens ook voor mij, een jaar of vijftien á twintig geleden denk ik. Niet direct een groot succes, al blijkt uit mijn sterrenwaardering dat deze plaat en ik een eind gekomen zijn, sindsdien.

Maar wat geeft uitgerekend deze plaat zo’n onaanraakbare status? Vele uren luisterervaring later, en nadat ik dit jaar alle voorafgaande platen van Miles Davis van een recensie heb voorzien, vind ik het nog steeds lastig om dat te bepalen.

Casual jazzliefhebbers van het Matthijs van Nieuwkerk-type beginnen dan meteen over hoe geweldig Miles Davis trompet kon spelen, maar, sorry als ik hier een heilig huisje omverschop, zo’n enorme virtuoos was de man eigenlijk niet. Zelfs in zijn eigen tijd waren er een aantal trompettisten die technisch begaafder waren, zoals zijn mentor Dizzy Gillespie, Fats Navarro, Clifford Brown of Lee Morgan. Allemaal artiesten met nog steeds veel fans, maar niet de naamsbekendheid van Miles Davis, of een album op hun palmares met de status van Kind of Blue.

Wel was Davis gezegend met een ongekend artistiek zelfvertrouwen, voor een zwarte Amerikaan van zijn generatie. En ondanks (of misschien juist: dankzij) zijn technische beperkingen ontwikkelde hij een bijzonder scherp gevoel voor waar de jazz zich heen bewoog, welke stijlen hem in de voorhoede van het genre hielden, en welke bandleden hij daarvoor moest inhuren.

Vandaar dat artikelen en recensies over Kind Of Blue meestal het grensverleggende van het album benadrukken, via de ‘modale’ benadering van jazz, met pianist Bill Evans als muze. Dit verhaal is zo breed uitgesmeerd binnen de jazzliteratuur dat ik het hier niet hoef samen te vatten. In zijn autobiografie zegt Davis zelf echter ook nog andere dingen over de plaat, die je minder vaak terugleest.

Hij bezocht een optreden van 'Les Ballets Africains' met zijn vriendin, vertelt hij, en was totaal overdonderd door de dansers, de muziek en met name de rol van de Afrikaanse duimpiano hierin. Op een bepaalde manier deed het hem terugdenken aan de gospels die hij als kind hoorde, toen hij op familiebezoek was in Arkansas. Ook schrijft hij over de gedeelde liefde van hem en Evans voor Ravel en Rachmaninov.

Dit alles smeulde in zijn hoofd, en kwam er uiteindelijk uit in de vorm van vijf muzikale schetsen, die hij aan zijn band zou voorleggen in het voorjaar van 1959.
(Volgens hemzelf, althans. Boze tongen beweren dat eigenlijk pianist Evans het genie is achter deze composities, en niet Davis. Dat zal wellicht een beetje overdreven zijn, al heeft Davis de schijn wel een beetje tegen: hij zou vaker in zijn carrière composities van anderen jatten, en ondanks zijn felle ontkenningen in zijn boek, worden ‘Blue in Green’ en ‘Flamenco Sketches’ tegenwoordig zelfs door zijn nalatenschap als (co)composities van Evans erkend. Hoe dan ook--)

Het geeft, vind ik, een beter, eerlijker en mooier beeld van de plaat, als je je Miles Davis voorstelt niet als een soort professor in muzikale wiskunde, rekenend met modale toonladders, maar als een artiest, die uiting wilde geven aan verschillende gevoelens die in hem broeiden, een vuurtje dat werd aangestoken door invloeden uit de jazz, de blues, wereldmuziek, gospel, en klassiek.

Schetsen komen natuurlijk nooit op papier zoals je ze had voorgesteld, en dan moeten nog vijf bandleden er hun plasje over doen: muzikale stemmen die zo uiteenliepen als de prille kosmische storm van John Coltrane, de volromige blues van Cannonball Adderley, of het sprankelende impressionisme van Evans. In zijn autobiografie vertelt Davis, geamuseerd, hoe verbaasd mensen reageren als hij ze vertelt dat het eindresultaat totaal anders klinkt dan hij in gedachten had. ‘I just missed [what I was trying to do]’.

Ondanks alle muziektheorie die mensen er soms bijslepen, zit de kracht van de plaat volgens mij in de melancholie, bewondering, hunkering die Miles Davis dreven. De modale benadering gaf hem en zijn band de ruimte om dit zo puur en onbevangen mogelijk te uiten. Het maakt dat de plaat nog steeds door een onbevangen jazzbeginner kan worden aangezet, en kan worden begrepen. Ik ben niet helemaal zeker of ik het Miles Davis’ beste plaat vind, maar voor dat laatste natuurlijk sowieso niets dan lof.

4,5
Dit is een geweldig Jazz album. Ben in 1970 naar een soos in Gouda gegaan met de naam van en nummer van Miles Davis het 1e nummer van dit album Kind of Blue ( 1959 ) So What. Wist in die tijd wel dat het een Jazz soos was ( gewest ). Maar wist niet dat het nummer So What van Miles Davis was. Was toen meer van de Blues. Had wel wat Jazz LP's maar luisterden heel weinig naar. Jaren later kwam ik er achter. ben in middels ook heel veel naar Jazz gaan luisteren. Zeker de laatsten jaren steeds meet. Voor mijn is dit album Kind of Blue, Miles Davis ( 1959 ) en Time Out, The Dave Brubeck Quartet ( 1959 ) een natuurlijk niet te vergeten het album The Koln Concert, Keith Jarrett. ( 1975 ).

Gast
geplaatst: vandaag om 16:31 uur

geplaatst: vandaag om 16:31 uur

Let op: In verband met copyright is het op MusicMeter.nl niet toegestaan om de inhoud van externe websites over te nemen, ook niet met bronvermelding. Je mag natuurlijk wel een link naar een externe pagina plaatsen, samen met je eigen beschrijving of eventueel de eerste alinea van de tekst. Je krijgt deze waarschuwing omdat het er op lijkt dat je een lange tekst hebt geplakt in je bericht.

* denotes required fields.