Op dit vierde soloalbum maakt Howe dezelfde fout als op de eerste; zelf weer de nodige nummers zingen ipv. dat aan een echte zanger over te laten. Het gaat hier om zeven nummers met zang en negen instrumentaaltjes, welke wederom de voorkeur weer genieten. Zo is The Valley of Rocks weer een klassieker van formaat.
Op dit album zijn er geen bijdragen van Yes leden te vinden. Zoon Dylan Howe is hier de drummer. Chris Squire ben ik nog nooit op een Howe album tegengekomen, Natuurlijk ken ik lang niet alles van hem, maar op het internet valt een en ander uit te pluizen. Zo heeft hij nog een Bob Dylan tribute-album waarop Jon Anderson een nummer zingt, maar hij zelf het merendeel. Liggen laten dus. Goed, dat was even buiten het bestek van The Grand Scheme of Things.
Qua instrumentaaltjes dus een knap album, met helaas de nodige vocale doorskippers. (al klinkt zijn zang minder beroerd als op Beginnings) Voor de fans van het betere gitaarwerk de moeite waard, al is de concurrentie groot; er zijn zoveel gitaristen met een leuk album.